Het Amerikaanse social media platform Facebook telt op dit moment wereldwijd circa 1.86 miljard actieve gebruikers. Dit betekent veel data, heel veel data.. zeg maar gerust een enorme hoeveelheid aan data wat per seconde verwerkt moet worden. Dit gebeurt in enorme datacenters wereldwijd. Maar hoe zien deze datacenters er eigenlijk van binnen uit?
Het Amerikaanse social media platform Facebook telt op dit moment wereldwijd circa 1.86 miljard actieve gebruikers. Dit betekent veel data, heel veel data.. zeg maar gerust een enorme hoeveelheid aan data wat per seconde verwerkt moet worden. Dit gebeurt in enorme datacenters wereldwijd. Maar hoe zien deze datacenters er eigenlijk van binnen uit?
Onlangs gaf Mark Zuckerberg, CEO van Facebook, de fotoreportage vrij van een tour door het datacenter in het Zweedse Luleå, een klein dorpje op zo'n 100 kilometer onder de noordpoolcirkel. Er is waarschijnlijk niet zo maar gekozen voor deze locatie. Op zijn eigen Facebook pagina schrijft hij dat de buitentemperatuur in Luleå het op de meeste dagen onder de 10 graden Celsius ligt. Dit maakt de locatie zeer geschikt voor vrije koeling, waarbij de koude buitenlucht gebruikt wordt om het datacenter te koelen. Dit gebeurt met behulp van grote ventilatoren die de buitenlucht aanzuigt en het datacenter wordt ingezogen. Hierdoor wordt tot 40% minder energie verbruikt dan een traditioneel data center.
Het datacenter in Luleå is in 2013 geopend en was de eerste datacenter van Facebook buiten de VS. Om het gebouw aan de buitenzijde zoveel mogelijk op te laten gaan met de omgeving is er gebruik gemaakt van mooie houtpanelen, maar tegelijkertijd straalt het exterieur ook het innovatieve design uit van wat er zich achter de schermen plaatsvindt. Het interieur van het hoofdgebouw is zo groot als zes voetbalvelden. Bijna alle technologie waar gebruik van wordt gemaakt, van de servers tot de stroomvoorziening, is door Facebook zelf ontworpen en worden gedeeld met het Open Compute Project.